| |
| brille (de) |
betekenis
virtuoze begaafdheid, briljant-zijn
uitspraak
[brie-juh]
citaat
"Ze maken carrière, maar hun zeggingskracht was als speler al gering. Topspelers, verder doorsnee. Niemand heeft de mentale spankracht van Cruijff. Laat staan de brille. Bij Ajax ontketende zich een bittere strijd om wie het ware woord van Cruijff sprak."
Bron: Verweesde voetbalnatie (Bart Hinke, Nrc.nl, 26 maart 2016)
woordfeit
Brille betekende letterlijk 'glans, schittering'. Het is pseudo-Frans: het is gebaseerd op het werkwoord briller voor 'glanzen, schitteren', dat via het gelijkbetekenende Italiaanse brillare mogelijk teruggaat op het middeleeuws Latijnse brillare 'schitteren als beril (een helder mineraal)'. Aan brillare danken we ook briljant 'schitterend, stralend'.
Zowel briljant als brille heeft naast de letterlijke betekenis een figuurlijke betekenis gekregen: briljant als bijvoeglijk naamwoord voor 'glansrijk, uitmuntend', brille als zelfstandig naamwoord voor 'uitzonderlijke, overtuigende begaafdheid'.
Of het woord bril etymologisch iets te maken heeft met brille en briljant, leest u deze maand in de rubriek 'Woordsprong' in Onze Taal. |
|
|
|
|
|
