donderdag 8 mei 2014
 
 

bookmaker

betekenis

persoon bij wie je weddenschappen afsluit

uitspraak

[boek-mee-kuhr]

citaat

"Zweden blijft bovenaan staan bij de bookmaker. De ranglijst kan na de tweede halve finale van donderdagavond overigens nog flink wijzigen."
Bron: Songfestival: The Common Linnets nu in top 3 bij bookmaker (ANP, Z24, 8 mei 2014)

woordfeit

Al in de negentiende eeuw is het woord bookmaker vanuit het Engels in het Nederlands terechtgekomen. Destijds was het vooral een term uit de paardensport. Een bookmaker hield bij wie in een bepaalde wedstrijd op welk paard wedde, inde het geld en keerde het prijzengeld uit. En dat doen bookmakers (personen of kantoren) nog steeds: ze organiseren weddenschappen, bij paardenrennen en andere sporten, maar bijvoorbeeld ook rond het Eurovisiesongfestival.
Met book is het (notitie)boek bedoeld waarin de bookmaker de weddenschappen bijhoudt. Het al veel langer bestaande bookmaker betekende van oorsprong 'uitgever, drukker', een 'boekenmaker' dus.

 
 
 
   
 
   Aan-/afmelden  Archief  
 
  Woordpost is een gratis uitgave van het Genootschap Onze Taal. Deze nieuwsbrief verschijnt op dinsdag en donderdag.