Bepalingen van modaliteit geven de mening van de spreker over de inhoud van de zin weer, of een vergelijkbare (al dan niet subjectieve) nuancering.

Die mening of nuancering wordt weergegeven door woorden als (hoogst)waarschijnlijk, gelukkig, misschien en hopelijk. Maar ook woorden die de nadruk op een bepaald zinsdeel leggen (woorden als al, pas, ook, alleen, enz.) en woorden als maar en toch kunnen een bepaling van modaliteit zijn:

  • Volgend jaar gaan wij misschien verhuizen.
  • Het is al elf uur.
  • Mijn buren wachten al weken op hun nieuwe bank.
  • Kom toch binnen!
  • Hij bleef maar brieven sturen.

De bepaling van modaliteit is een van de soorten bijwoordelijke bepalingen die bij het ontleden worden onderscheiden. Een bijwoordelijke bepaling is een zinsdeel dat in de zin niet de functie van onderwerp, gezegde of voorwerp (lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp, enz.) heeft.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar

Bel 085 00 28 428 Bel 085 00 28 428

(gebruikelijke belkosten, geen extra kosten)

Of stel je vraag via social media of per mail