Wat is goed: Leve de kinderen! of Leven de kinderen!?
Leve de kinderen! en Leven de kinderen! zijn allebei goed. Leve de kinderen! klinkt voor de meeste mensen het best.
In ‘Leve/leven de kinderen!’ is leve(n) is een verouderde werkwoordsvorm: de aanvoegende wijs (ook wel ‘conjunctief’ genoemd). In deze zin drukte de aanvoegende wijs oorspronkelijk een wens uit. Er staat dus eigenlijk: ‘Mogen de kinderen (lang) leven!’, oftewel: ‘We hopen dat de kinderen (lang) zullen leven!’
Een van de basisregels in de grammatica is dat als het onderwerp een meervoud is (zoals hier de kinderen), ook de persoonsvorm in het meervoud moet staan (leven). Deze regel geldt ook als de persoonsvorm een aanvoegende wijs is. Dat pleit voor Leven de kinderen!
Maar de aanvoegende wijs is bijna uit het hedendaagse Nederlands verdwenen. Daardoor zijn we niet meer vertrouwd met de vervoegde vormen ervan, zoals de meervoudsvorm. Het gevolg daarvan is weer dat leve nu gebruikt wordt als onveranderlijk element ter inleiding van een wens. (Lang) leve is inmiddels een vaste formule die iets als ‘hoera voor ...’ betekent. Als vaste formule past (lang) leve in alle zinnen, en dus ook in ‘Leve de kinderen!’ en ‘Lang leve opa en oma!’ Inmiddels komt het meervoud in ‘Leven de kinderen!’ en ‘Lang leven opa en oma!’ op de meeste mensen zelfs wat vreemd over.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!